Kadering van de recente uitspraak Raad van State van 22/06/2023
1. Op 1 oktober 2015 verleent de Minister Joke Schauvliege vergunning voor een termijn van 2 jaar voor het uitbreiden van de DOP met een cat. 2 stortplaats voor anorganische niet-gevaarlijke afvalstoffen (12.621 m3) en een mono stortplaats voor cat. 2 bedrijfsgebonden niet-reinigbare niet-gevaarlijke gronden
2. Het daaropvolgende arrest van Raad van State 239.379 d.d. 12 oktober 2017 vernietigde het voormelde Ministerieel Besluit
3. Op 22 maart 2018 neemt de bevoegde minister Schauvliege een nieuwe beslissing waarbij
a. de aanvraag voor cat. 2 stortplaats voor anorganische niet-gevaarlijke afvalstoffen (12.621 m3) zonder voorwerp wordt verklaard (in art 3,par.1 )
b. de aanvraag voor monostortplaats wordt geweigerd.
4. Met het recente arrest van 22/06/2023 nr. 256.890 vernietigt de Raad van State het hierboven vermelde art 3,par. 1 van het MB van 22/03/2018 .
5. Er wordt nu van de bevoegde Vlaams minister Zuhal Demir een nieuwe uitspraak verwacht.
Tussenkomst “ Comité voor een Leefbaar Louise-Marie VZW ”
De VZW Comité voor een leefbaar Louise-Marie is sinds 2007 betrokken bij dit dossier en heeft reeds herhaaldelijk tussengekomen bij de stad Ronse, de deputatie van Oost-Vlaanderen, de minister en de Raad van State.
Door de beslissing van de Raad van State werd de vergunning AMV/000142788/1012B vernietigd. De vernietiging heeft terugwerkende kracht, wat betekent dat de vergunning niet meer bestaat en dat de gestorte afvalgronden er illegaal liggen.
Voor het Comité voor een leefbaar Louise Marie vzw is er geen regularisatie mogelijk naar een categorie 2 stortplaats op deze locatie.
Om deze reden hebben wij nu ook weer tussenkomst gevraagd om gehoord te worden naar aanleiding van de nieuwe beslissing die bevoegde Minister Zuhal Demir dient te nemen. Met onze tussenkomst en de argumenten willen we vermijden dat:
- er een regularisatie toegestaan wordt voor de reeds gestorte zwaar vervuilde gronden die er nu illegaal liggen
- er een vergunning komt om de groeve verder op te vullen met zwaar vervuilde gronden
Onze argumenten nog even op een rijtje:
1. De site is gelegen in een ontginningsgebied met na-bestemming bosgebied volgens het gewestplan. De betrokken site is volledig omgeven door natuur-en bosgebieden, die merendeels ook ingekleurd zijn als VEN-gebied en vallen ook onder het habitatrichtlijngebied.
2. Volgens het natuurontwikkelingsplan dat gekoppeld is aan de bouwvergunning van 6 juli 2007 moet de na-bestemming van deze site een bosgebied worden waarvoor specifiek omschreven
boomsoorten moeten aangeplant worden. Het gaat om deels hoogstammige diep wortelende bomen, typische kensoorten voor het omgevende Natura 2000-gebied waarvan het areaal in de Vlaamse Ardennen moet uitgebreid worden.
Diep wortelende hoogstammige bomen houden de grond vast en verhinderen aldus potentiële grondverschuivingen, waarvoor dit gebied gevoelig is. Vandaar ook het belang van de effectieve aanplanting van een bos als na-bestemming. Boven op het beoogde categorie 2-stortplaats kunnen evenwel geen diep wortelende bomen aangeplant worden, omwille van risico op lekkage.
Door een lekkage in de HDPE folie kunnen schadelijke stoffen in het grondwater doordringen. Uit de aard van de gestorte afvalstoffen kan verondersteld worden dat er in het percolaat o.m. zware metalen en cyaniden kunnen voorkomen en kankerverwekkende stoffen zoals bijvoorbeeld PAK’s
(polycyclische aromatische koolwaterstoffen) en PCB’s (polychloorbifenylen) of andere praktisch onafbreekbare organische koolwaterstoffen.
Als dergelijke stoffen infiltreren naar het grondwater kan dit een verstoring van het biotoop in de bronbeekjes in het bos Ter Eycken met zich meebrengen met gevolgen voor gezondheid van mens en dier. Ook de ruimere waterhuishouding kan er in de wijde omgeving door verontreinigd raken.
3. Er is geen noodzaak is aan een bijkomende categorie 2 stortplaats in het Vlaams gewest.
4. De aanvraag tot regularisatie is in strijd met:
a. gewestplanbestemming (gewestplan Oudenaarde K.B. 24 februari 1977), nl. ontginningsgebied met na-bestemming bosgebied
b. het natuurontwikkelingsplan gevoegd bij de bouwvergunning van 6 juli 2007
c. de Europese Habitatrichtlijn (art. 6) en omliggend VEN-gebied.
d. beginselen van behoorlijk bestuur, o.a. het zorgvuldigheidsbeginsel
e. het stand-still principe (art. 8 decreet natuurbehoud en art. 1.2.1 DABM)
f. het decreet integraal waterbeleid
Deze zwaar vervuilde gronden horen niet thuis in de omgeving van het waardevolle en ons zo dierbare Muziekbos en aanpalende bossen!